Geen kinderbijslag door mini-job in Duitsland
Binnen de Europese Unie geldt het beginsel dat de socialezekerheidswetgeving van slechts één van de lidstaten van toepassing is. Een van de uitgangspunten van de EU-regelgeving is dat de wetgeving van toepassing is van de lidstaat waar iemand in loondienst werkt, zelfs als deze persoon in een andere lidstaat woont. Volgens het Hof van Justitie EU mag een lidstaat afwijken van dit beginsel door onder bepaalde voorwaarden aan een migrerende werknemer gezinsbijslagen of een ouderdomspensioen toe te kennen. De lidstaat is daartoe niet verplicht.
Volgens de Nederlandse wetgeving is een ingezetene hier niet verzekerd voor de sociale verzekeringen als hij in een andere lidstaat werkt. Dat geldt ook als deze migrerende werknemer in geen recht heeft op uitkering op grond van de wetgeving van de werklidstaat.
De Hoge Raad heeft, na beantwoording van de prejudiciële vragen door het Hof van Justitie EU, geoordeeld dat een inwoonster van Nederland met een beperkte dienstbetrekking in Duitsland (een zogeheten mini-job) geen recht heeft op kinderbijslag. De uitsluiting van de sociale verzekering in Nederland is niet in strijd met het recht van de EU. Op grond van de mini-job was de socialezekerheidswetgeving van Duitsland van toepassing. Volgens de Duitse wetgeving heeft iemand met een mini-job geen recht op uitkering van toeslagen als de kinderbijslag.
Deel dit artikel:
Gerelateerde blogs
Herinvesteringsreserve voor afsluitvergoeding niet mogelijk
11 april 2024De boekwinst, die een ondernemer behaalt bij de vervreemding van een bedrijfsmiddel, is belast. De
Belastingdienst houdt administrateur ten onrechte aansprakelijk voor belastingfraude van bv
4 april 2024De administratie van een failliete bv bevat een creditfactuur van bijna € 500.000 inclusief
Naheffing parkeerbelasting terecht opgelegd?
28 maart 2024Een gebeurtenis in Almere werpt licht op een interessante fiscale kwestie omtrent parkeerbelasting